De historische grens van de Dumontwijk

Ferrariskaart

De enclave “Kerckepanne” is opgericht in 1873 in de duinen van kiezer Joseph II van Oostenrijk via Veurnse notabelen: de Societeyt (werd in de beginne zelfs soms Josephsdorp genoemd). Immers de woeste kustduinen behoorden sinds de Middeleeuwen aan de graven van Vlaanderen en aldus door veelvuldige erfenissen aan de Oostenrijkse keizer.

Deze gronden waren quasi onbewoond (zie Ferrariskaarten van 1771-1777) en waren noch kerkelijk noch administratief bestuurd door de gemeente Adinkerke. De eerste officiële toelating om een huis te bouwen in de duinen werd door een Veurnse magistraat geleverd aan een Adinkerkenaar in 1774. Daarmee werden de duinen stilaan voor bewoning vrijgegeven. Lees Ontstaan van De Panne>>>

Zestien jaar na de stichting ontbindt de Societeyt zich in 1789 na verschillende gronden in “eeuwigen cheyns” verkocht te hebben.
Ook in datzelfde jaar 1789 heeft de bisschop van Ieper het gehucht met de parochie Adinkerke verenigd (er was nog geen kapel in de Kerckepanne en er moest toch voor het geestelijk aspect gezorgd worden!).
Met het Franse bewind in 1794 (5 jaar na de Franse Revolutie) wordt de Franse Republiek  eigenaar van dit duinengebied . (Département de la Lys)
Uiteindelijk op 15 januari 1799 : (26 jaar NA de stichting) gaat het gehucht ook administratief over naar Adinkerke.

Na de ontbinding van de Sociéteit in 1789 heeft Pieter Becqué, schepen van Veurne, de grond terug laten opmeten die toen in gebruik was. Hij stelt vast dat er 31 gemeten ten noorden van de weg en 9 gemeten ten zuiden van de weg bewoond of bebouwd zijn. Dus de oppervlakte is  40 gemeten of 18,17 ha.

Op 30 november 1811 heeft de Franse overheid een openbare verkoop gehouden van 421 ha van onze duinen (= ongeveer de helft) aan Ivo Francis Ameye en 273 ha aan burgemeester Rysman van Kooigem bij Kortrijk. (dus tezamen 694 ha of 77 % van onze duinen). Deze duinen werden voor het eerst in de ganse geschiedenis privé-eigendom, de “Krakeelpanne” + “Grote en Kleine Kapellepanne”. Het noordelijk gedeelte noemde de eigenlijke “Kerkepanne” waartussen de vissersgehucht gelegen was.

Op 12 mei 1813 heeft Arsène Decae uit Adinkerkehet vissersgehucht en de terreinen van “Cappelle-panne”aangekocht. Er werd  een summier opmetingsplan opgemaakt  Planificatie van de oppervlakte geeft 83,3 ha (dus reeds merkelijk meer dan de oorspronkelijke oppervlakte van 18,17 ha bij de ontbinding van de Sociéteit. Lees meer>>>

Later werden deze duinen overgekocht door  Pieter Louis Joseph Bortier van Brussel in 1828 en in 1830 door erfenis aan zijn neef Pieter Louis Antoine Bortier uit Diksmuide. In dezelfde akte koopt hij ook een ander gedeelte dat in 1811 aan burgemeester Rysman verkocht werd (welk?). Parallel met aankoop door Diksmuidenaar Bortier in 1828 werd in 1820 ook reeds 76 ha “domaniale gronden” verkocht aan Bruggeling Andreas Verpoorten (wellicht ongeveer de huidige Houtsaegerduinen). In 1835 verkoopt hij die door aan Veurnenaar Louis Ollevier. In de volgende 10 jaar heeft hij zijn bezit met ongeveer nog 100 ha uitgebreid.
(details + kopie akten in het boek “In het zand geschreven” van Hans Berquin). Lees>>>

Voorstel verlavelingsplan voor de “Kleine Westhoek” (Bortier-Calmeynduinen)

 

Uit bovenstaande kaarten is het zeer duidelijk waar die verkavelingsgrensligt tussen de 2 grote duineigenaars van De Panne. Opvallend hoe die grens samenvalt met de kadastergrenzen van de huidige percelen (quasi een loodrechte op het strand ter hoogte van de Geitenweg met een knik hier aan de Villa Diane).
De oostelijke grens van de vroegere duinen van Bortier ter hoogte van het huidig gemeentehuis met de private eigenaars van “De Panne-Dorp” is minder duidelijk. Wellicht moet hier de oorspronkelijke eigendommen van de oude “Kerkepanne” terug te vinden zijn (zie kaart 1883 hierboven).  (werk voor later).

De Westhoekduinen van de Bortier-Calmeyn werden later onderverdeeld in 2 zones:
– ‘ Kleine Westhoek ‘ daarmee bedoelde men dan de gronden die in de jaren 50 openbaar werden verkocht en waarvan de affiche met opmetingsplan en op groot formaat opgenomen is in de afzonderlijke bijlage van het boek van Hans Berquin “In het Zand Geschreven).Die gronden werden toen aangekocht van de ‘ calmings ‘ door Odile Vanneste, Maurice Debra , Willy Berquin en zijn jongere broeder Jean . Ze hebben die gronden verkaveld en verkocht . Odile Vanneste heeft dan zelf een mooie grond  ingekocht en er zijn villa opgezet . De gronden langs de Duinkerkelaan , links en rechts , ttz. Het pompstation en de ‘ kleine golf ( nu vervangen door , natuurlijk , een appartementsgebouw in opbouw ) maakten ook deel uit van de ‘Kleine Westhoek’ in de volksmond
).
– ‘Grote Westhoek’ daarmee bedoelde men alle vroegere Bortierduinen ten westen van de Esplanade tot aan de Franse grens,

3 gedachten over “De historische grens van de Dumontwijk

  1. Weet iemand of villa Bella Rosa in de jaren 50 een kelder verdieping had die de eigenaars verhuurden ? Ook graag een fota aub.

    Like

    • Deze mooie Louis Legein villa is gebouwd in de tweede helft van de jaren 30 (zie tentoonstelling in gemeentehuis). Is gebouwd in een duinpanne juist boven het grondwaterniveau (ongeveer 1 m). Dus nooit kelder. Altijd geweest zoals nu (geen kelder wel een garage en woonvertrek op gelijkvloers).
      Verhuurd??? In het interbellum was het gebruikelijk dat de eigenaars die de bel-etage woonden voor de zomermaanden hun eigen appartement verhuurden en zelf tijdelijk op de benedenverdieping woonden). Zou gekund hebben.

      Like

  2. Pingback: Pieter Bortier | DUMONTWIJK en ERFGOED

Plaats een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.