3D-Printen

Shell gebruikt 3D-printer voor olieboren in Golf van Mexico

door Maarten Verkoren

Gepubliceerd op 20 april 2016

3 min lezen

Shell heeft succesvol gebruik gemaakt van 3D-printing voor het prototyperen van ’s werelds diepste boorinstallatie: het Stones olie- en gasstation in het Amerikaanse gedeelte van de Golf van Mexico.

Dit is een van de meest uitdagende projecten die Shell de afgelopen jaren heeft uitgevoerd en het is momenteel in constructie. Het Stones diepwater olie- en gasproject zal de diepste boorinstallatie ter wereld gaan worden met pijpleidingen die tot 2900 meter onder het wateroppervlak zullen reiken. Het gigantisch complexe systeem zal gebruik maken van een reusachtige 19 meter hoge boei die gevuld wordt met honderden massieve schuimblokken. Deze boei zal dienst doen als Floating Production, Storage en Offloading (or FPSO) station voor olie en gas die gewonnen worden uit de zeebodem.

“De boei klikt in een houder binnen de FPSO, als een plug en een stopcontact, zodat er productie kan plaatsvinden terwijl het vaartuig veilig op zijn plaats wordt gehouden”, aldus de ontwikkelaars. De ontwikkeling van dit station is efficiënter geweest dan die van welk station dan ook. dit terwijl het juist het meest complexe ooit was. Dit kon dankzij het prototyperen van het gehele systeem via 3D-printing. In slechts vier weken was het schaalmodel ontworpen en geprint. Conventionele methoden zouden maanden hebben gekost.

Normaal zouden er veel ingewikkelde tekeningen nodig zijn geweest, hetgeen veel tijd kost en duur is. Met 3D-ontwerp en 3D-printen kon men zo zien hoe de componenten verbeterd konden worden voordat de boei op ware grootte gebouwd werd op de werd. Tevens toonde dit proces de meest efficiënte assemblagevolgorde.

Bovendien was het prototype heel handig in het overtuigen van de Amerikaanse autoriteiten hoe dit systeem werkte op de volle, ruige zee. Heel belangrijk omdat de Amerikanen na het BP-diepwater-debacle in de Golf van Mexico heel voorzichtig zijn geworden.